AT011a001 1651 – 24 Febr
Jan Jans, wonend in Zevenhuizen, gehuwd met Gijsbertgen Jans, lenen van de Heer Jonkh. Martien Meyster en jofr. Adeleijda van Westrhenen, echtlieden, de som van 1200 caroligulden, op onderpand van zijn hofstede in De Duijst, mitsgaders 12 danmaten land annex, onder de gerichte van Zevenhuizen. Aldaar zuidwaarts Hendrik van Bronckhorst, noordwaarts Gerrit Willems gelegen zijn; strekkende van de Bunschoterweg oostwaarts op tot aan de nieuwe weg toe.
AT011a001 1652 – 20 April
Testament. Jannitgen Saren, weduwe van Rutger Ariensz van Zuijlen.
Zij prelegateert aan Maes Gerritse haar testatrices neef, het …………………. van als zodanige kooppenningen, of somme als bij verkoop voor de testatrice aanpart, geprocedeerd of gekomen waren of bij de betaling nog zullen moeten komen van het Sandhuijs, met de grond en de erven gelegen onder het Hogeland, alwaar de voornoemde huize, grond en erven bij testatrices haar man zaliger, gezamenlijk van de erfgenamen van zaliger Gijsbert Verschuer aangekocht was.
Verder nog legaten aan de voornoemde Maes Gerrits 40 gulden; item Dirckgen Maessen, dochter van Maes Gerrits, haar beste huijck; item Greetgen Maes en mededochter haar beste lijfgen, Aan Sander Gerrits en koperen potgen en voorts tot haar universele erfgenamen elk voor 1/6 part Maes en Sander Gerritsz Reijers en Willem Lambertsz, Lambertgen Reyers en Gijsbertgen Everts des testatrices neven en nichten.
AT011a001 1652 – 21 April
Comparant Claes Jans, hij machtigt Willem………om uit comparants naam te compareren voor de gerichte van ‘t Hogeland en aldaar ten behoeve van Jan Claes van Calveen, te cederen en transporteren des comparant aanpart in de helft van een huizing, hofstede, berg en schuur en de landerijen, met de plantagie daarop staande, groot 5 mergen, gelegen onder ’t Hogeland in Calveen, met nog de helft van de Eng groot 1 mergen, mede op ’t Hogeland op Langeoort, daarvan Jan Claes voornoemd de andere helft eigenaar is, en van het voornoemde erf Willem Gijsbertsen en Teuntgen Jans, echtlieden, Claes Mathijs en Jannitgen Jans, eigenaars zijn (de andere helft). Oostwaarts jonker Lommertsum, westwaarts Gijsbert Bosch, naastgeland zijn, strekkende van ’t Hoge Haertgen (’t Haartje) af tot de Hogesteeg toe en te bekennen dat de kooppeningen voldaan zijn.
1653 – 24 Maart. Testament. Judith van Rhijn was weduwe van Willem Moij. Voor memorie.
AT011a001 1654 – 20 Mei
Pieter van Schadijck cedeert aan en ten behoeve van Everard Meijster een obligatie van 100 gulden ten laste van Gijsbert (Everts?) gewoond hebbende op De Bieshaer onder Leusden.
Noot: nogmaals genoemd in akte 18 juli 1654 (Gijsberts Everts).
AT011a001 1654 – 29 Mei
Bij geldlening op hypotheek onder Soest, als onderpand een hofstede, omtrent de kerk bij de boom, daar het Wapen van Gaesbeeck tegenwoordig uithangt. Aan de ene zijde de weg; andere zijde Peter Albertse.
AT011a001 1654 – 1 Juli
Testament van Arent Rijcks van Oldenbarnevelt en Margaretha van Rijnesteijn.
AT011a001 1654 – 17 Juli
Willempgen Everts, weduwe van Gerrit van Dashorst, en Clemens van Dashorst, zoon, tevens als gemachtigde van Gerrit Wolwens, chirurg, en Gerarda van Dashorst, echtlieden, en voor Maria (Gerrits?) van Kampen, dochter en weduwe van wijlen Hr. Godert van der Nijpoort, in zijn leven kanunnik van St. Marie tot Utrecht; item voor de erfgenamen van heer Willem van der Nijpoort en Elisabeth van Sneul, zaliger, in het leven echtlieden.
Comparanten verklaren ontvangen te hebben van Pieter Vastrick en Anna van Surckensteijn de som van 1400 gulden in volle betaling van de vierdeel-viertel lands, gelegen in Leusderbroek. Belend volgens de brieven.
AT011a001 1654 – 25 Juli
Akte van verrekening; vermelde getuigen Rijck Aert van Oldenbarnevelt en Elisabeth Loogen van Ruijtenbeeck, laatst weduwe van Johan Harman, Bartholomeus Rijcks van Oldenbarnevelt, Cornelis van Opoeteren.
AT011a001 1654 – 24 Nov
Testament. Judith van Rhijn, weduwe van Willem Moij.
1. Legatie aan Dirkje Gerrits, haar nicht
2. Legatie aan Willemina, natuurlijke dochter van Aelbert Moij, haar zoon zaliger, de som van 300 gulden onder expresse-verband, dat als Willemina komt te overlijden zonder blijkende geboorte na te laten, of alle geboorten na te laten en dezelve zonder wedergeboorte kwam te sterven, de voornoemde 300 gulden zullen komen voor de ene helft op de kinderen van haar zoon zaliger, Aelbert Moij bij hem verwekt aan Aleijda van Lilaar, en Aleijda van Domselaar, zijn respectieve huisvrouwen en derzelver wettige decendenten bij represenatie in haar overledene ouders plaetse en van de andere helft op de kinderen van haar zoon zaliger, Cornelis Moij, in voegen als voren.
3. Aan de armen.
4. Aan de kinderen van Cornelis Moij, haar overleden zoon of bij voor aflijvicheijt van enige denzelve of desselfs wettelijke decendenten bij representatie in den overledenes plaats, de som van 3500 gulden.
Verder bemaakt zij al haar goederen, onroerend en roerend aan de wettige kinderen van haar zonen zaliger, ieder voor de helft.
Zij stelt tot mombers over de voornoemde kinderen van Aelbaert Moij: met namen Willem, Floris, Aelbertina en Wilhelmina; de heren Hendrick Schut en Simon van Oosterhof, en over de kinderen van Cornelis Moij de heren Reijnier van Vannevelt en Hendrick Schut voornoemd, en bij overlijden van dezelven, Pieter Gerrits Koedijck. (Zie eventueel ook testament 3 maart 1655.)
AT011a001 1654 – 8 Dec
In akte van lening vermeld: Elbert Hendrick Ham, wonende op Schaerdepot (plaats niet vermeld).
AT011a001 1655 – 8 Jan
Vermelding: Notaris Hendrick van Zuijlen (plaats niet vermeld).
AT011a001 1655 – 7 Juni
Comparant Gijsbert Harman, weduwnaar van Elisabeth Gerrits, hij verklaart te hebben 3 mergen land, tevoren gelegen aan 4 campjes en nu aan 2 campen gelegen, gesplitst van het erf en goed Groot Sneul, gelegen onder Hoogland, o.a. op de laste van 300 gulden ten behoeve van de St.Janskerk alhier (Amersfoort (en gevestigd en dat hij, comparant het voornoemde land op een en dezelfde lasten op 3 maart 1637 had ontvangen en hem opgedragen was bij Wulfer Otten en Marritgen Cornelis, wonende tot Woudenberch) ende terwijl bij de uitlossing van de voornoemde hoofdsom bevonden is dezelfde hoofdsom te wezen is 312 gulden en dat de rente van de gezegde 12 gulden, sedert de voornoemde transport mede betaald zijn.
Zo verklaart hij, comparant, bij deze ten behoeve van Jacob Bambman te cederen de actie die hem comparant ter oorzake ’t voornschr. op de voornoemde Wulfer Otten in enigerwijze soude mogen competeren; bekende van deze cessie vernoecht eden voldaan te zijn. Hiervan akte enz.
AT011a001 1655 – 9 Juni
Comparant Henrick Gerrits, wonend in Zevenhuizen, verklaart uit zake van een obligatie van dato 7 juni 1650, schuldig te zijn aan de gezamenlijke erfgenamen van Rutger Aerts van Zuijlen, en dezelfs weduwe Jannitgen Laren, de som van 250 gulden. Regeling van Aflossing.
AT011a001 1655 – 1 Juli
Testament van Judith van Rhijn, weduwe van Willem Moij, herroept haar vorige testament. Enige veranderingen; verder niet nagelezen (folio 212; zie ook foto’s 231/22 jan.1656).
AT011a001 1655 – 10 Sept
In proc. vermeld: Wouter de Wijs, schout van ’t Hogeland (folio 219).
AT011a001 1656 – 7 Jan
Testament van Aeltgen Frans, weduwe van Rutger Tobias; vermeld een plaatsje groot 5 danmaten, gelegen in Zevenhuizen.
AT011a001 1656 – 8 Febr
Testament Hendrick Anthonisse (van Eede??), brouwer, en Jannitgen van Blanckendael (lijftocht).
AT011a001 1656 – 11 Febr
Verklaring van Cornelis Looghen van Ruijtenbeeck dat hij sedert 5 augustus 1637 en 25 januari 1644, schuldig is aan Peter Cornelis Beller, een som van 1000 caroligulden. Regeling voor aflossing.
AT011a001 1656 – 17 Febr
Simon Gerritse van Oosterhoff, burger alhier, verklaart voor hem en zijn erven, hem te constitueren burger als principaal voor de heer Wolter de Wijs, raad dezer stad, en schout van ’t Hoogland, ten behoeve van Sr. de Wael, desselvs erven om het erf Koudenhove met alle zijn toebehoren, gelegen in den gerechte van ’t Hogeland kerspelle van Leusden ter leen behorende aan ……………. Denselve Sr. De Wael van gemelde Wolter de Wijs gekocht en eeuwiglijck en erfelijck te indemniseren, en te vrijen en te waren van zodanige actien en pretentiën als de Edel Mog. Heren Staten Land van Utrecht daar(door) recht van legaal hypotheek of (iemand) anders ten (opzichte) van ontfanck detenderende aan het voornoemde schoutambt te enigertijd zouden mogen komen te pretenderen van de tijd af dat de opgemelde de Wijs met het voornoemde schoutambt van Hooggemelde Edel. Mog. is begiftigd geweest.
Beloofde voorts, hij comparant, de gemelde de Wael en zijn nakomelingen van de voornoemde acties en pretenties, kost- en schadeloos te houden.
En constituerende wijder hij comparant, Seger van Achtevelt, procureur voor de gemelde hove ende ijder in het bijzonder hiertoe verzocht wordende, om hem, comparant, uit hetgeen voornoemd te laten condemneren en zijn persoon en de goederen daer voor te laten verclaren te wezen verbonden ende executabel, Beloofde alles de rato waer hij comparant consenteerende acte. Dewelk is deze enz.
AT011a001 1656 – 28 Febr
Testament Jannitgen Blanckendael, huisvrouw van Hendrick Anthonisz.
Betreffende haar zusters erfgenamen van Blanckendael.
AT011a001 1656 – 25 Sept
Comparanten Grietgen en Peter Wulpherts en Jan Willem de Wijs, gezamenlijk constituerende erfgenamen van Ghijsbertgen Peters zaliger, haerlieden moeije, in het leven gewoond hebbend op Hamersveld.
De erven cederen aan Cornelis Jans en Aeltgen Everts, echtlieden, een obligatie van 500 gulden voor 4%; daarop verlopen staande tot last van de heer Johan van Ommeren.
Nog een obligatie van 300 gulden ten laste van Rijck Rutgers en Marritgen Harmans, echtlieden, wonend op het erf Zijlhorst onder ’t Hogeland, als principaal en Dirck Matheusz, notaris, en burger als principaal met de rente sedert 1 april 1654 tot dato dezes, en dat speciaal in voldoening van twee …………. provisionele condemnatie van de Edele gerechte dezer stad, mouterende tezamen boven de rente de som van 800 gulden, herkomende van een legaat, de voornoemde echtlieden bij de voornoemde Gijsbertgen Peters, besproocken, belovende zij, comparanten, elk voor haar regard voornoemde cessie te waren, en te vrijden om de het verband als naar rechten enz.
AT011a001 1656 – 7 Nov
Testament Dirck van Lilaer en Geertruijde De Beer.
AT011a001 1665 – 11 Sept
Comparanten, Cornelis van Ingen, gehuwd met Elisabeth van Vanevelt, en Frans van Vanevelt. Zij machtigen Johan de Wijs, procureur van de gemelde hove (Utreht) in omnibus ad litus enz. om te consenteren in de interpo…….. van het willig decreet bij Jacob van Vanevelt en Evert van Calcker, verkopers en Gerardus Decidimus de Wijs, als kopers van zeker partijen land, liggende op ’t Hogeland onder Boelehoef op de Nederengh, van oudsher genaamt ’t Huijstuck groot in het geheel 3 mergen, 2 hout, voor behoudens de voornoemde Cornelis van Ingen uit zelfde land, een recht vijfdepart en dat aan de gemelde Frans van Vanevelt bij de koper betaald zullen worden, uit de beloofde kooppenningen de som van 100 gulden met interessen van dien, sedert 2 april 1652. in voldoening van gelijke 100 gulden waarop de voornoemde Jacob van Vanevelt het voornoemde land voor 4/5 part toegescheiden is. Belovende……..
AT011a001 1657 – 23 Aug
Testament. Sr. Seger van Achtevelt legateert aan zijn dochter Maria van Achtevelt 600 gulden, aan Simon van Oosterhoff een eerlijke rouwmantel voor zijn bijzondere diensten aan hem, testateur.
Aan zijn oudste zoon die zijn testateurs dood zal komen te beleven zo voor zijn primo ……… als anders het erf en goed met de aanbehorende landerijen, vanouds genaamd Groot Agteveld invoege het zelfde erf onder de Heerlijckheid van Stoutenburg, als in de ambt van Barnevelt bij de weduwe van Wulphert Peters gebruikt wordt; leenroerig aan de Staten van Utrecht (denzelve instituerende bij dezen (tussen de regels), mitsdien zelve zal renuntieren 1000 caroligulden, die des testateurs zoon Aelbert van Achtevelt uit de Heerlijckheid Stoutenburg volgens het testament van Vrouwe Beatrijs van Weede, wijlen vrouwe van Stoutenburg gehouden is, uit te keren en dat hij daarnaast uit het voornoemde erf en goed aan zijn broeder of dezelfs wettige erfgenamen (decendenten) bij representatie zal uitkeren en betalen de som van 2000 gulden en in alle verdere goederen, roerend als onroerend, enz. heeft hij testateur tot zijn universele erfgenamen genomineert, zijn verdere na te laten echte kinderen en bij aflijvigheid haeren wettelijke decendenten, alles bij gelijke portiën.
Nog uitdrukkelijke wens dat zijn oudste zoon onder de voornoemde voorwaarden het erf en goed Groot Achteveld krijgt en hiermede tevreden moet zijn.
Verder nog enkele legaten aan zijn dochters. Hij nomineert als mombers voor de eventuele onmondige erfgenamen de Hoog Geboren Heer Lodewijck van Rennesse van Duren, Heer tot Bleijenburgh en Simon van Oosterhoff en bij overlijden van de een of de ander moet de langstlevende een andere momber benoemen.
AT011a001 1657 – 26 Okt
Afrekening kooppeningen van een vierendeel land, genoemd het Hondsgath gelegen tussen de Hoge en Lageweg in Amersfoort, koper Jan Morren.
Gedaan door Sijmen Gerrits van Oosterhof als gemachtigde van de Hoog Edel Geboren heer Arnold van Doornick, gehuwd met jufr. Elisabeth Maria Ursula van …………….
Hij comparant, heeft gecedeerd en overgegeven ten behoeve van Grietgen Peters de Niet (of de Wiet) alzulke 950 caroligulden, als zijns comparant voornoemde principale noch competerende per rest van kooppenningen van een vierendeel land voornoemd.
AT011a001 1657 – 28 Okt
Jan Vercammen (de Jonge wonend tot Nijkerk) en Margaretha van Broekhuijzen, echtlieden, zij lenen van Willem van Dashorst 160 caroligulden. Dit op verzekering van zodanige portiën als hij comprt. als erfgenaam van zijn moeder zaliger is competerende, in drie (vijfde?) parten van een erf en goed, gelegen in Asschat, daar de erfgenamen van Hendrick van Rijn 2 (vijfde) van toekomt.
AT011a001 1658 – 15 Jan
Leenbrief Hofstede Pollin Soest.
AT011a001 1658 – juli
Testament Jannitgen Cornelis, bijdochter. Hierin vermeld een erf en goed gelegen in Santfoort in Baren. Item een erf en goed op Isselt. Testeert dit aan haar zusters kinderen, familie Bor
Niet ondertekend.
AT011a001 1658 – 21 Juli
Cornelis Loogen van Ruijtenbeeck, machtigt zijn vrouw Grietgen Vosch, om met Aert Loogen van Ruijtenbeeck te scheiden en deylen de allodiale goederen zijns ouders broeders in conform ….. van den verbale in februari 1658 op verbaal voor de heere karcheraad als ………………, mitsgaders hun comparant in de te doene deijlinge te laten condemneren, ende dat onverminderd ende zonder prejuditie van zijn regt tot het erf Ruijtenbeeck, wezende leengoed van de Staten ‘slands Utrecht en haar Edele Mog. Domeijnen hem comparant ‘juve presentii’ voor nijt competerende waarvan hij comparant verzogte acte dewelke is deze enz.
AT011a001 1658 – 26 Sept
Comparant Cornelis Loogen van Ruijtenbeeck, hij machtigt Anton Brits, om te compareren voor de Ed. Mog. Staten van Utrecht en aldaar over te geven dat goed Ruijtenbeeck, met al zijn toebehoren, gelegen onder de gerechte en kerspel Leusden, om daarmede te belenen Sr. Diderick Emmerixs
AT011a001 1658 – 18 Nov folio 355
Comparant Cornelis Loogen van Ruijtenbeeck en Margaretha Vosch. Zij verklaren alsnog te aproberen en ratificeren de verkoop van 1 perceel lands genaamd De Eng met de maetgens daaraan behoren, liggende aan de Modderbeek. Bij hen comparanten op 2 november voorleden, ten behoeve van Sr. Diderick Emmericks van Ruijtenbeeck deszelfs huisvrouw en haar beide erven, voor de ene helft en Harmantgen Lamberts Goudsmith, bejaarde dochter voor de andere helft. Gedaan met de gevolgde transport ………………. behoeve ende cederen voorts de comparanten in cragte dezes onwederroepelijk ten behoeve van de genoemde Sr. Diderick Emmericke alle te vorderen goederen, actiën, en effecten aan de voornoemde Cornelis Loogen als een mede-erfgenaam van Locch Wautersen ende Cornelia Anthonisdr., derzelfs zalige ouders, bij de verbale op 8 februari 1658 tussen de verdere kinderen en erfgenamen van de voornoemde echtlieden door de heer en mr. Abraham van Karckenraed in de voorschr. Hove gehouden; aldaar zijn toegescheiden bestaanden, nommatiën enz. nog enige goederen waaronder de helft van een perceel land, genaamd De Geer, gelegen in de Nederbirkt.
Deze akte als bevestiging en zekerheid van de koop aan Diderick Emmerick van Ruijtenbeeck. (zie ook 14 december)
AT011a001 1658 – 16 Dec folio 357
Comparant Cornelis Loogen van Ruijtenbeeck verklaart voor hem en zijn erven over te geven aan Diderick Emmericke van Ruijtenbeeck 900 gulden als hem competeert door het contract van 9 november 1656 tussen hem, comparant en Aert Loogen van Ruijtenbeek, Christina Aertsen van Oldenbarnevelt, als moeder en momberesse van haar onmondige kinderen, met assistentie van Gilles van Muijden, deszelfs zwager en Cornelis Peters van Leuwen, voor zijn selven en vanwege Johanna van Leuwen, zijn zuster, als erfgenamen van Cornelia Anthonisdr., haarlieder moeder, schoonmoeder en grootmoeder resp. opgericht met alle verlopen rente enz. en specialijk mede het recht hetwelk hij, comparant in cragte van zekere willige condemnatie, ten voorschr. dagen op de voornoemde contracten tot lasten van de gemelde Aert Loochenz. c.s. heeft bekomen met alle gevolgen van dien; bekende hij, comparant, met gelijke somme ten genoegen van voorschreven cessie voldaan te zijn.
Beloofde hij, comparant, de geseijde cessie te waren en vrijen van hij comparant???consenteerende akte dewelcke deze. Aldus gedaan enz.
AT011a001 1658 – 14 Dec folio 358
Comparante Jofr. Christina van Oldenbarnevelt, weduwe van Anthony Loochen van Ruijtenbeeck, geassisteerd met Aert Loochens van Ruijtenbeeck, weduwnaar van Elisabeth de Vries, Cornelis Peters van Leuwen en Cornelia Frinckers, echtlieden, en zich sterkmakende voor Cornelis de Wijs en Jannitgen Peters van Leuven, haerlieden zwager en zuster.
Dit ook voor de bevestiging van de verkoop aan de heer Diderick Emmericke van Ruijtenbeeck, de goederen, roerende en onroerende, actiën en effecten als Cornelis Loochens van Ruijtenbeeck haarlieden comparanten, schoonbroer, broer en oom, resp,. bij de verbaele van 8 februari 1658 zijn toegescheiden. Betreffen het perceel land De Eng, met de maaten, gelegen aan de Modderbeeck,, en verdere goederen en regeling van gelden (vrij ingewikkeld).
Nog een proc. folio 360 op 22 januari 1659.
AT011a001 Folio 369
Regeling van zaken familie van Gissen. Compareerder Jonker Aert van Gissen (pro memorie) Geen data en niet ondertekend.
AT011a001 1659 – 13 Juni
Comparant Evert Gerrits Ruijter, hij machtigt Anthony Brits om in zijn naam te compareren voor de thinsmeester van de Domeijnen van Utrecht en aldaar uit comparantens naam over te geven een perceel land groot (vier?) mergen, gelegen in Leusderbroek genaamd De Bottercamp. Belend aan de ene zijde jonkheer Elias van Weede, en de andere zijde de heer Diderick Emmerixe van Ruijtenbeeck.
D. E. van Ruijtenbeeck mettet halve land naastgelegen zijn, specialijck om daarmede te verleijen de opgemelde heer Emmerick van Ruijtenbeeck en zo hij comparant verklaarden en ten behoeve van de voornoemde Bottercamp volkomen afstand te doen.
AT011a001 1659 – 1 Juli folio 373
Diederik Emmerixe van Ruijtenbeeck, als koper van het erf Ruijtenbeek en de Doornehegh en constitueerende in crachte dezes, Johan van Snelderweert in omnibus litas in communi forma, en specialick, om op de verbaele voor den E. d. Hoog Geleerde Here en Mr. Johan ………….. raet ordinarius in de gemelde hove voor zoveel hem comparant in eenige wijze zou mogen aangaan te constitueren in den …………. …………. relief, aldaar gedaan en genomen bij Cornelis de Wijs, ‘nomine uxoris ……….. ook mede uit verzoek van provisionele lichtinge mede ten verbale voornt. gedaan, beloofden de heer comparant alles de rato en consenterende. Hiervan akte die is aldus gedaan enz.
AT011a001 1660 – 25 Febr
Attestatie Hendrick Willems t.v.v. Gerrit Tonis, wonende in Stoutenburg. Kwestie met Hendrick Peters wachtmeester, pachter van het zout en korengeld.
AT011a001 1660 – 3 April
Procuratie in verband met leen van de Bottercamp door Diderick Emmerixe van Ruijtenbeek.
AT011a001 1661 – 12 Nov
Testament jonkheer Cornelis Moyaert en Jofr. Maria van Hulten op langstlevende.
AT011a001 1661 – 18 Nov
Schuldbekentenis door Hendrick Bessels wonend in Leusderbroek, principaal, en Gijsbert Teunis, burger alhier en mede-principaal. Zijn schuldig aan Elbert Jans op De Koedijck, 360 gulden.
AT011a001 1662 – 27 April
Jan Dircks wonend op Dorrensteijn, had gehuurd van de Heer Mr. Godefroy van Meerveen, 4 campen land, groot 8 mergen, leggende omtrent het voornoemde erf genaamd Dorrensteijn, voor 116 gulden jaarlijks, ingegaan 1657, Deze 4 jaren had hij nog geen pacht betaald. Borgen waren Hendrick Hendrikse, wonend op Romselaar op Voskuijlen en Hendrick Dircks wonend in de achterhoek bij Nijkerk.
AT011a001 1662 – 12 Aug folio 504
Comparant Rijck Rutgers, raad dezer stad, gehuwd met Feijtgen ………… en bekende hij comparant, dat zijn resp. zwager en zuster hem bij liquidatie uit de eerste termijn kooppenningen van het erf en aencleven van dien, gelegen op Hamersveld op 12 maart 1662 aan Sr. Cornelis Moyart, verkocht hebben, voldaan van zijn gedeelte, wezende het vierde part der kooppenningen uit het gezegde erf, zodat hij comparant verklaart geen verdere actie op de resterende kooppenningen te hebben enz.
Hij machtigt Cornelis van Bemmel en Jan van (Ommeren), zijn zwager, om voor hem te compareren in de gerechte van Hamersveld en aldaar des comparantes vierde part ten behoeve van gemelde Sr. Cornelis Moyart en deszelfs huisvrouw naar costume locaal en in de conformatie van de koopcedulle te cederen, transporteren, op te dragen en over te geven met de belofte van waeringe en vrijdinge als erfkoop recht is, en met eene te bekennen voor zijn aanpart van de gehele kooppeningen voldaan en betaald te zijn enz.
AT011b001 1651 – 1 Dec
Op condities nabeschreven hebben Willem Gijsberts en Annetgen Jans, echtlieden, Claes Jans en Janichtie Jans, en Willempgen Theunis, weduwe van Jan Tijsz, geassisteerd met Aert Jansz en als gemachtigde van Mathijs Jans, verkocht aan Jan Claes van Calveen, de rechte helft van een huizing, hof en hofstede, berg, schuren met de plantagie en landerijen, groot in het geheel vijf mergen, vanouds gelegen onder de gerechte van ’t Hogeland in Calveen, met nog de helft van de Engh, groot omtrent 1 mergen, op Lange Noordt, daarvan Jan Claes, koper, voor de andere helft eigenaar is.
(Waarvan?) is 5 mergen land, de voornoemde Willem Ghijsberts en Jannitgen Jans, echtlieden, (Claes, Mathijs en Jannetgen Jans) het andere gedeelte toe competeert (onduidelijk geschreven). Oostwaarts Jonkheer Lommertsum, westwaarts. Ghijsbert Bosch geland zijn. Strekkende van de Hogen Haertgen af tot de Hogensteegh. Voor de som van 1074 caroligulden.
AT011b001 1654 – 29 Jan
Neeltgen Aelberts, weduwe van Jan Gijsberts, genaamd Jan Atters, zij transporteren aan de gezamenlijke erfgenamen van M. Codde, Sr. Marten Codde, 2 merriepaarden, 4 melkbeesten, 2 hockelingen, 2 vaarzen, een kalf, 3 bedden, alle des comparant meubelen, linnen, koper, tin enz., koren, turf in de schuur en op het veld, bouwgereedschap op het erf van de gemelde erfgenamen bij de comparant bezeten. Dit voor de verschuldigde landpachten, gepasseerd te Soest.
AT011b001 1654 – 6 Maart
In verband met een proces tussen Neeltgen Hendricks, weduwe van Gerrit Jans, ten eenre
en Evert Gerritse Cuijper, als burger en intervenient voor Reyer Jacobsz.
Overeengekomen dat de voornoemde Neeltgen zal renuncereren van alle acten en pretentiën die zij zou mogen hebben op zeker erfgen en goed, genaamd De Bottercamp, gelegen in Leusderbroek op de Grift, onder de zesentwintig boeren(hoeven) zoals op de pachten daarvan verschenen, en anders van alles uit, uitgezonderd gelijk zij bij deze renconcieert bij deze ten behoeve van de voornoemde Evert Gerrits, mits hij aan haar betalen zal 188 gulden.
AT011b001 1654 – 12 Juli
Huwelijk. Jan Everts van Gelder, toekomstige bruidegom en Anna Fluikers.
Inbreng bruidegom 500 gulden
Inbreng bruid een rentebrief tot Haarlem van 3000 caroligulden; nog obligaties van 200 en 150 gulden; 2 dozijn servetten, beddelakens enz., zilver, een bijbel enz.
AT011b001 1654 – 22 Juli
Alzo Johannes Hendriks Silling, pretenderende was dat huizing, erf en goed De Bieshaer bij Gijsbert Everts, gewezen bruiker, ten opzichte van verschillende reparaties niet waren opgeleverd conform de huurcedulle. Overeenkomst dat Tijman Hendricks als gemachtigde van Gijsbert Everts zal betalen aan Sillinge 60 caroligulden-10 st., beheltelijk dat bij aldien bevonden wordt dat bij Ghijsberts Evertse zoveel land in een twee jaarlijkse driest als de grootte van de camp Bieshaer is bedragend, is niet opgeleverd zijn; dat in die gevallen de voornoemde Tijman de mindermaet aan Joh. Sillinge zal goeddoen tot zodanige som als twee onpartijdigen zullen uitspreken waar beneffens Tijman Hendricksen het voornoemde erf en goed bis Petri ad cathedram voorleden, incluis zal bevrijden voor de naar maeninge van de 2 peertgensgl, 3 schepel rogge tot hondekoren; voorts thins mitsgaders 2 gulden voor de koster of de kerk van Leusden, dit alles onverminderd en zonder prejuditie van de borgtocht, bij denzelven Tijman Hendricks voor Gijsbert Everts, ten behoeve van Joh.Sillinge, gepresteerd.
AT011b001 1654 – 19 Nov
Scheiding en toedeling van polderland tussen Volchard van Westrhenen gehuwd met Johanna van Deuverden ten eenre
En Jeronimus van Deuverden ten andere zijde, als erfgenamen ab intestato van Philips van Deuverden, hun zwager en broer.
Aan van Westhrenen toegescheiden drie-derde parten van 4 danmaten weiland in De Duijst, gemeen in 60 danmaten (of 16).
Hij keert uit hiervoor aan Jeronimus van Deuverden 500 gulden.
AT011b001 1655 – 12 Mei
Overleden Paulus Bor en Maria Casijns, in het leven echtlieden, nalatende Casijn, Anthonis en Paulus, hun kinderen.
Scheiding: toegescheiden aan Casijn Bor een camp land genaamd Sprenkelaars Maath, groot dardhalf mergen gelegen in Ankerheem (geschreven Arkermehem (Nijkerk), nog 9 danmaten in De Dujist, genaamd Smalle Duijst onder Zevenhuizen.
Item 1/6 in 1/16in het erve De Crampel (Ede).
Anthonis Bor: 4 mergen in Ankerheem (de Garstecamp) in de Doornesteegh onder Nijkerk, leenroerig aan Elten; item 10 danmaten in De Duijst in Zevenhuizen en de hofstede Woortvelt, gelegen in Arkenheem in de Doornesteegh. Nog 4 mergen in Barneveld, wezende een gedeelte van het erf Rootselaer; 6 danmaten in Nederzeldert.
Aan Casijn een huis in Amersfoort 500 gulden, inboedel en huisraad.
AT011b001 1655 – 17 Juli
Specificatie van haeflijke goederen en koren op het veld bij Thijsbert Huijgen (op Cleijn Romselaer), ten behoeve van de armen De Poth en Aert Jans.
AT011b001 1655 – 29 Dec
Huwelijk. Wij Seger Hillebrants en Otgen Harmans de Ruigt, echtlieden, ouders van Hillebrant Segers, toekomstige bruidegom in dezen, geassisteerd met Gerrit Hillebrants en Simon van Zevender, broer en schoonbroer, respectieve, en Aert Rijcks van Rijn en Judith van Raetveld, ouders van Lucia Aerts van Rijn, bruid.
AT011b001 1655 – 3 Okt
Op condities en voorwaarden nabeschreven hebben Geijsbertha Elisabeth, Jan en Aart van Bitterschoten verkocht aan Jof. Margaretha van Campen, het erf en goed gelegen op Hamersveld, vanouds genaamd De Brinck, groot omtrent 30 mergen; belend een zijde de erfgenamen van …….. Jansz, en andere zijde de erven Geijsbertgen Pieters.
Koopsom 6200 caroligulden; boven de lasten van 1700 gulden daarvan Sofia van Domselaer, huisvrouw van Peter van Wijck 1500 gulden, en de regenten van De Poth binnen Amersfoort 200 gulden zijn competerende die de koopster naast de voornoemde kooppeningen mede tot haar kosten is nemende.
Te betalen de voornoemde kooppeningen Sint Jacob midzomer in het aanstaande jaar 1656, zonder interessen en bij faute van langer vertrek met alle costen, schade en de interessen van dien.
AT011b001 1656 – 18 Mei
Cornelis Sinapius, schout van Leusden en Asschat, koopt het erf en goed Veenschoten, gelegen in de karspel van Scherpenzeel, daar Cornelis van Ingen, notaris, de wederhelft van is competerende, met de helft van de …………, timmeringen en de plantagie op voornoemd erf is. …………. wezende alles leenroerig aan het Huis Scherpenzeel; voor de som van 2700 Caroligulden; boven de lasten van 1200 caroligulden in de voornoemde helft gevestigd.
Verkopers Steven Bode van Roomswinckel en Aefgen Pastehuis, echtlieden.
Bruikers Willem Hendriks en Hendrick……….
AT011b001 1656 – 2 Aug
Op condities nabeschreven, hebben Jan Henricks van Schipperscamp en Gijsbertgen Hendricks, echtlieden, Arien Jans en Lambertgen Hendricks, echtlieden, tevens als gemachtigd voor Nellitgen, Grietgen en Reyer Hendricks, haarlieden minderjare behouden zusters en broer, en met aprobatie van de Hove van Utrecht, verkocht aan de heer Nicolaas Martini, bedienaar des Evangelie aan de Leijdsen Dam, een zeker camp land, genaamd De Hooge Camp, gelegen op ’t Hogeland, wezende het vierde part van 9 mergen land, hebbende een vrije dreef of uitweg naar de Dootwegh, zijnde allodiaal thiendvrij goed. Dit voor de som van 737 gulden.
Mede verkopen zij aan Nicolas Martini een camp land genaamd De Ketel, ook gelegen op Hoogland, groot omstreeks 1,5 mergen, gemeender voren met omtrent 8 halven mergen. Strekkende van de Engh tot de Hoogesteegh toe. Allodiaal en thiendvrij goed voor de som van 426 gulden.
Vermeld op de achterkant van deze akte: Wouter Hendriks op de Santhaen, bij de Swarte Ruijter.
AT011b001 1657 – 4 Jan
Huwelijk Lambert Dibiits en Maria Vastrick???
AT011b001 1657 – 25 Jan
Mr. Didericks ………….., schepen van Dordrecht heeft verhuurd aan Dirck Adriaanse een huizing, schuur, schaapskot, mitsgaders bouw- en heiland in de twee eerste vakken op de berg naast de stad Amersfoort. Voor 8 jaren; als pacht alle jaar een vet lam en 2 schepelen boekweit, boven de thiend, en ieder jaar 1 mergen heijland aanmaken.
AT011b001 1658 – 16 Jan
Hendrick Anthonius van Eede, brouwer tot Amersfoort, koopt 8 danmaten polderland in De Haer.
Verkopers Catherina te Hert, laatst weduwe van Jan Cornelisse, met gevolg en toedoen van Geertruijd Schadee.
AT011b001 1658 – 18 Aug
In akte van boedelscheiding in verband met het overlijden van Cornelis Jacobse en Sophia de Ruisch, in het leven echtlieden. vermeld: ‘een perceel land gelegen op ’t Hogeland, genaamd Cranenburgh, omtrent de Tolick., bij Splinter Jordens in huur gebruikt.
AT011b001 1658 – 2 Nov
Cornelis Loogen van Ruijtenbeeck verkoopt aan Jr. Diderick Emmerich voor de ene helft en Harmentgen Lamberts Goudsmiths bejaarde dochter, voor de andere helft, een perceel land genaamd ’t Engetje, op de Modderbeeck met de maet daar annex, liggende in de gerechte van Stoutenburg (karspel Leusden) groot omtrent 5,5 mergen, aan de verkoper door het overlijden van zijn zaliger ouders ,met de wijk daaraan behorende, aangekomen is.
Daar oostwaarts Mr. Pieter van Schadijck, westwaarts de voornoemde beeck, noordwaarts Jan Francken Majoor en Zuidwaarts het erf ’t Vliet. Koopsom 3000 caroligulden
AT011b001 1658 – 4 Dec
Anthony van de Hoef, brouwer tot Amersfoort, verhuurt aan Jan Elbertsen en Attris Otten, echtlieden, des verhuurders huizing, hof en hofstede gelegen aan de Bavoortse Molen met omtrent 4 mergen land.
6 jaren voor 50 gulden jaarlijks en de huurders zullen gehouden zijn al het bier dat zij in de voornoemde huizing komen te consumeren of te tappen, te halen bij de verhuurder en de wijnen ten huize van Joost Bijll, wijnkoper, ende ten dien eijnde lopende de voornoemde huurjaren met de geseijde huizing, tappersneringe te exerceren.
AT011b001 1658 – 10 Dec
Erfloting van landen in De Haer.
Overleden Johan van Wijnbergen, in zijn leven oud-burgemeester van Amersfoort, Mr. Willem van Dam, burgemeester van dezelfde stad en Simon van Oosterhof in het gemeen procederende waren omtrent 41 danmaten en een vierdeel land, daarvan 24 danmaten, genaamd De Armen Haer; item 16 danmaten genaamd De Ruijgen Haer, en nog enige campen. Alles onder de gerechte van De Duist, De Haer en Zevenhuizen.
AT011b001 1659 – 1 Febr
Claes Simons van Velzen en Elisabeth van Lommertsum, echtlieden, verkopen aan de heer Jacob Temminck 10 danmaten weiland gelegen op’ t Hogeland in de polder De Slaag. Belend oostwaarts Cornelis Hooft en Grietgen Peters, westwaarts de dwarswetering en zuidwaarts het Ceciliën Convent tot Utrecht. Koopsom 5000 caroligulden.
Item nog 2 mergen bouwland in de Horseweijde te Amersfoort.
AT011b001 1659 – 26 Jan
In akte van verrekening vermeld tussen Jofr. Christina van Oldenbarnevelt, weduwe van zaliger Anthony Loogen van Ruijtenbeeck, en haar kinderen (de voogden).
AT011b001 1661 – 16 Febr
Joh. Dirck Ruijsch verkoopt aan de heer Hendrik Schuts de helft van zeker erf en goed, met de helft van de timmeringe en bepotinge daarop staand, gelegen op Hamersveld, genaamd De Ganseweij, naast de helft van zeker akkerland, gelegen over het erf De Rosmeulen, van alle hetwelke de heer koper, de wederhelft is competerende. Alles in dier voege de voornoemde helft bij een Bernt Jansz, naast de voornoemde wederhelft gebruikt werd.
Dit voor de som van 650 gulden boven 1800 gulden ten behoeve van diverse personen gevestigd staan, welke lasten de koper bij deze aanneemt.
AT011b001 1661 – 20 Febr
Antonetta van Hoorn, Hillegonda van Ruijtenbeeck, weduwe van Ghijsbert van Hoorn, Leendert Jans van De Treeck, tevens gemachtigde van Pieter van Hoorn en Neeltgen van de Treeck, echtlieden, verkopen aan Maes Ghijsbersen wonend omtrent Ceulhorst, 9 danmaten land gelegen in De Slaegh. Strekkend voor aan de straat tot de dwarswetering toe, voor de som van 3600 caroligulden.
AT011b001 1661 – 21 Juli
Catharina Reynier, huisvrouw van Hessel Breecker en Christiaen Haverman, curateurs van de persoon en goederen van voornoemde Hessel Breecker, verhuurt aan Geurt Simons en Peter Wulpherts, zekere ……….. gaende uit diverse percelen land op Hamersveld, zo smal als grof. Dit voor 2 jaren voor 40 gulden jaarlijks.
AT011b001 1661 – 29 Okt
Roelof Geurtsen, gehuwd met Gerritgen Dircks, verkoopt aan Nicasius Bor 8 danmaten met de timmerage en plantage, gelegen in De Duijst in Zevenhuizen. Belend noordwaarts Evert Jansz, zuidwaarts de erven Martin Meester, oostwaarts het St. Agtenconvent, en westwaarts de nieuwe weg. Koopsom 3000 caroligulden.
AT011b001 1662 – 17 Maart
Rijck Rutgers, raad der stad Amersfoort, Cornelis van Bemmel, gehuwd met Geertgen Rutgers, enz. verkopen een erf en goed op Hamersveld aan Cornelis Moyart.
AT011b001 1662 – 24 Dec
Johan Schagen, decaan van het Kapittel van St. Johan tot Wijck, gehuwd met Maria Bijlaer en gemachtigd voor Maria van Bylaer zijn huisvrouw, verkoopt aan Johan Dullaert, ……… van Veluwe, Evert Geurtze en Jacob Joosten, die bij dezen ten behoeve van een van hun drieën als principaal en ’t ……………… voor als principaal, onder renunciatie van de exeptie van divisie en execustie destentiën dien ondericht.
Zij verklaren in koop aangenomen te hebben het halve erf en goed Achtevelt, met bepotinge, timmeragiën staande en gelegen onder Barneveld, groot in het geheel volgens de kaart van de landmeter Groenewouw. omtrent 89 mergen, leenroerig aan Huize en Heerlijkheid Keppell.
Dit voor de som van 8150 caroligulden.